
Gildekapelletje
Het St. Antonius-, St. Sebastianus- en het H. Sacramentsgilde heeft vroeger jarenlang het koningschieten kunnen houden op een terrein dat eigendom was van M.J. Reijntjens te Beugen. In 1980 is echter de hinderwet-vergunning ingetrokken en mocht er niet meer geschoten worden. Al spoedig kreeg het Gilde het stukje grond geschonken van M.J. Reijntjens.

Na verloop van tijd raakte het terrein in verval, de brandnetels stonden manshoog. Hier moest echter iets aan gebeuren.
Er werd een commissie in het leven geroepen om eens te bekijken of er iets moois van het terrein te maken was. Al snel werd het idee geboren om er een kapelletje te bouwen.
Het Gilde heeft een nauwe verbondenheid met de Rooms-Katholieke Kerk, daardoor kwam men tot de conclusie dat het een teken van verbondenheid moest zijn tussen Kerk en Gilde. Dit kapelletje is ook een herdenkingsmonument voor de overleden Gildebroeders.
Op vrijdag 18 mei 1984, vingen de Kringgildefeesten in Beugen aan met de opening van het Gildekapelletje door de toenmalige Kringvoorzitter Baron de Weichs de Wenne, waarna de kapel werd ingezegend door Pastoor L. v.d. Steen.
Achter het Gildekapelletje staat nog de oude koningsschietboom, welke nu dienst doet als vlaggenmast.
Gebruikelijk bij ons Gilde is dat tijdens de feestdag van St. Tunniske, 2e Pinksterdag (Koningschieten) en overlijden van Gildebroeder en -zuster, aan deze vlaggenmast de Gildevlag wordt gehesen, in de kleuren rood-wit-groen.
In het Gildekapelletje zijn marmeren platen aan de wand bevestigd, met daarop de Gildebroeders die sinds de heroprichting in 1933 van ons zijn heengegaan.
Er zijn ook afbeeldingen geplaatst van de patroonheiligen van het Gilde: St. Antonius, St. Sebastianus en het H. Sacrament.
Het H. Sacrament is uitgebeeld in de vorm van een monstrans.
De afbeeldingen zijn vervaardigd door de Beugense kunstenares C. Triller.
Een van de gebruiken van ons Gilde is, dat we op 2e Pinksterdag, de dag waarop wij ons jaarlijkse koningschieten hebben, met ons Gilde vanuit de Kerk in optocht naar het Gildekapelletje trekken.
Daar aangekomen geeft de commandant de eerste rust en het commando linksom. Het voltallige Gilde brengt de groet, terwijl er door de hofdames bloemen in de kapel worden geplaatst ter ere van de overleden Gildebroeders.

